Beschrijving
De permanente vorming stelt zich tot doel clinici te vormen die op een zelfstandige manier psychoanalyse en psychoanalytische therapie of begeleiding kunnen uitoefenen. Zij worden bekwaamd in het beluisteren van de klacht ten einde de structuur ervan te horen, en in het in kaart brengen en analyseren van de symptomen aan de hand van het Freudiaans-Lacaniaanse denkkader. Dit vormt een vertrekpunt om te reflecteren over hoe men zich als therapeut of als analyticus ethisch kan positioneren en over hoe men op consequente wijze een therapeutische of analytische act kan stellen.
Om dit te verwezenlijken biedt de permanente vorming verschillende werkvormen aan, zoals theoretische colleges, kartels, klinisch kartels, klinische presentaties en klinische seminaries. Al deze werkvormen worden toegelicht op deze website. Er wordt bovendien verondersteld dat de student zich engageert binnen het klinische veld, zowel door te werken met patiënten als door zelf een psychoanalyse te doorlopen. De eigen analyse kan als het koninginnenstuk van de vorming beschouwd worden – het enige stuk waarvoor wij als universiteit niet kunnen instaan en waarbij het volledig op u aankomt.
De permanente vorming kent een periodieke evaluatie aan de hand van een paper. Elk jaar wordt er van de student verwacht dat hij of zij zich verdiept in een psychoanalytische vraag aan de hand van een zelfgeschreven paper. Deze paper leidt niet tot een score, maar wel tot een binair onderscheid: u slaagt of u slaagt niet voor een gegeven jaar van de opleiding. Wie niet slaagt, dient zijn of haar paper te herwerken om door te kunnen gaan naar het volgende jaar. Op het einde van de opleiding wordt u beoordeeld op drie slaagcriteria: het consequent bijwonen van de opleidingsdagen en het indienen van vier papers gespreid over vier jaar.
Dit alles beoogt de basis te leggen voor wie zijn of haar verdere klinische loopbaan wenst te laten oriënteren door de psychoanalyse. De vorming tot analyticus houdt nooit op. Wie verder wil met de psychoanalyse zal zich verder moeten blijven scholen. Maar wie zich heeft laten vormen door deze permanente vorming, heeft een stevig fundament gelegd voor een eigen en permanent parcours binnen de psychoanalyse.
De Permanente Vorming bestaat uit verschillende werkvormen. Een deel daarvan legt de nadruk op de theoretische vorming. Een zekere voorkennis van het Freudiaans-Lacaniaans kader wordt hierbij verondersteld. Het andere deel legt de nadruk op de praktijk. Zelf in de klinische praktijk staan is onontbeerlijk om hiervan de vrucht te kunnen plukken.
Theorie
Een eerste luik van de vorming tot psychoanalytisch therapeut/begeleider bestaat uit een grondige lectuur van de theoretische basisteksten van in de eerste plaats Freud en Lacan, maar ook van de relevante secundaire literatuur. Deze lectuur gebeurt op twee manieren: via hoorcolleges en leeskartels.
Hoorcolleges
De vorming tot psychoanalyticus en tot psychoanalytische therapeut gebeurt voor een groot deel via de grondige studie van teksten van basisauteurs zoals Freud en Lacan. Een eerste wijze waarop deze teksten aan bod komen, is via hoorcolleges door sprekers die we laten werken rond onderwerpen waarover ze een goede theoretische en klinische expertise hebben. Elk hoorcollege vertrekt van teksten die op voorhand op Ufora staan. De sprekers gaan er van uit dat de studenten deze teksten op voorhand grondig hebben bestudeerd. Omgekeerd kunnen jullie als studenten op basis van jullie lectuur zeker ook vragen en dilemma’s inbrengen.
Leeskartels
Het kartel is een werkvorm uitgewerkt door Lacan. De studenten worden in kleinere groepen onderverdeeld en verdiepen zich in de studie van een van Lacan’s seminaries. Het tempo wordt per kartel bepaald. De student bereidt het afgesproken stuk op voorhand grondig voor. Uiteindelijk gaat men ter plaatse aan het werk rond de specifieke les, in kartel, samen met een toegewezen plus-un.
De jaren 1 & 2 lezen Le Séminaire. Livre 1. Les écrits techniques de Freud van Lacan, de jaren 3 & 4 lezen Le Séminaire. Livre XI. Les quatre concepts fondamentaux de le psychanalyse.
Kliniek
Het tweede luik van de vorming heeft een sterk klinische inslag. We vormen ons in de kliniek door grondig te reflecteren over wat er in klinische interacties gebeurt en door stil te staan bij wat we doen. Dit is de reden waarom we van de studenten verwachten dat zij actief in de klinische praktijk werken. In de Permanente Vorming wordt het klinisch werk verder uitgediept binnen het klinisch uur, het klinisch kartel en de klinische seminaries.
Klinisch uur
In het eerste jaar worden er nog geen klinische kartels ingericht, maar sluiten we de dag af met een klinisch uur. Amar El-Omari en Evi Verbeke bespreken telkens een zeer praktisch, klinisch thema samen met de studenten. Thema’s die hierbij aan bod komen zijn: Wat is een gevalstudie, het inleiden van de behandeling, supervisie, doorwerken, etc. Studenten kunnen hierbij ook actief dilemma’s inbrengen waar ze zelf binnen hun specifieke werksetting op botsen.
Klinische Kartels
Het klinisch kartel is een werkvorm die gehanteerd wordt vanaf het tweede opleidingsjaar. De studenten worden net zoals in het leeskartel opgedeeld in kleine groepen. Telkens brengt één student een casus, die met de groep wordt besproken. De focus ligt op het onderzoeken van dynamieken op het vlak van diagnose, overdrachthantering, verloop van de gesprekken etc. Het klinisch kartel wordt telkens geleid door een supervisor. De verdeling van de studenten over de klinische kartels wordt aan het begin van het academiejaar per mail meegedeeld.
Klinische Seminaries
De klinische seminaries vinden in elk opleidingsjaar plaats en zijn een collectief gebeuren waarbij er per opleidingsjaar samen met twee supervisoren dieper wordt ingegaan op het klinisch werk. Telkens werken enkele studenten schriftelijk een casus grondig uit. Deze voorbereiding wordt op voorhand geüpload naar Ufora, waar ze voor de andere studenten beschikbaar zijn. Instructies om dit te doen worden per mail gestuurd. Tijdens het klinisch seminarie wordt er met heel de groep aan de slag gegaan rond deze casussen. De verdeling van de studenten over de verschillende seminaries wordt aan het begin van het academiejaar meegedeeld.
Dagindeling
De lesdag kent steeds een vaste indeling, maar deze verschilt per jaar. We geven ze hier op een rijtje:
Jaar 1
9u30 – 12u15: Hoorcollege
|
Jaar 2
9u30 – 11u: Leeskartel
|
Jaar 3
9u30 – 12u15: Hoorcollege
|
Jaar 4
9u30 – 11u: Leeskartel
|
De enige uitzondering op deze dagindeling vormen de dagen waarop een klinisch seminarie plaatsvindt. In dat geval worden zowel de voor- als de namiddagblokken ingenomen door het klinisch seminarie en is er bijgevolg geen klinisch uur, leeskartel en/of klinisch kartel. Uitzonderingen zijn mogelijk.
Data AJ 2025 – 2026
Jaren 1 & 2
Opleidingsdag 1: Vrijdag 26/09/2025
Opleidingsdag 2: Vrijdag 10/10/2025
Opleidingsdag 2bis: Vrijdag 17/10/2025 (Internationale gastspreker; facultatief)
Opleidingsdag 3: Vrijdag 24/10/2025
Opleidingsdag 4: Vrijdag 7/11/2025
Opleidingsdag 5: Vrijdag 21/11/2025
Opleidingsdag 6: Vrijdag 5/12/2025
Opleidingsdag 7: Vrijdag 19/12/2025
Opleidingsdag 8: Vrijdag 23/01/2026
Opleidingsdag 9: Vrijdag 13/02/2026
Opleidingsdag 10: Vrijdag 27/02/2026
Opleidingsdag 11: Vrijdag 13/03/2026
Opleidingsdag 12: Vrijdag 27/03/2026
Opleidingsdag 13: Vrijdag 17/04/2026
Opleidingsdag 14: Vrijdag 8/05/2026
Opleidingsdag 15: Vrijdag 22/05/2026
Jaren 3 & 4
Opleidingsdag 1: Vrijdag 3/10/2025
Opleidingsdag 2: Vrijdag 17/10/2025
Opleidingsdag 3: Vrijdag 14/11/2025
Opleidingsdag 4: Vrijdag 28/11/2025
Opleidingsdag 5: Vrijdag 12/12/2025
Opleidingsdag 6: Vrijdag 2/01/2026
Opleidingsdag 7: Vrijdag 16/01/2026
Opleidingsdag 9: Vrijdag 20/02/2026
Opleidingsdag 10: Vrijdag 6/03/2026
Opleidingsdag 11: Vrijdag 3/04/2026
Opleidingsdag 12: Vrijdag 24/04/2026
Opleidingsdag 13: Vrijdag 15/05/2026
Opleidingsdag 14: Vrijdag 29/05/2026
Opleidingsdag 15: Vrijdag 12/06/2026
Inschrijvingsprocedure AJ 2025-2026
Toelatingsvereisten
Houders van het diploma van Licentiaat/master in de psychologie, afstudeerrichting klinische psychologie; houders van het diploma van Licentiaat/master in de pedagogische wetenschappen, afstudeerrichting orthopedagogiek; houders van het diploma van arts/master in de geneeskunde, die tevens psychiater of psychiater in opleiding zijn.
Houders van een ander diploma, komen mogelijks in aanmerking voor de PEV “Psychoanalytische Begeleiding van Volwassenen vanuit Freudiaans-Lacaniaans Perspectief” .Deze PEV heeft dezelfde inhoud en hetzelfde programma als de PEV “Psychoanalytische Therapie met Volwassenen vanuit Freudiaans-Lacaniaans Perspectief”, en vindt eveneens telkens op vrijdag plaats.
Zelf in analyse zijn bij een analyticus van een erkende vereniging bij de eigenlijke aanvang van de opleiding is een voorwaarde.
Een minimale toelatingsvoorwaarde is zes maand klinische ervaring voor aanvang van de opleiding. Het is vereist dat kandidaten ook tijdens de opleiding in het veld van de geestelijke gezondheidssector (voldoende intensief) actief zijn, hetzij via betaalde of vrijwillige tewerkstelling.
Aanmeldingsprocedure
Kandideren kan via het platform van Dunant Academie.
De selectiegesprekken worden georganiseerd in de eerste helft van juli en eind augustus 2025. Kandidaten worden uitgenodigd worden om hun aanvraag mondeling toe te lichten (adres: Vakgroep Psychanalyse en Raadplegingspsychologie, FPPW, H.Dunantlaan 2, Gent (1ste verdieping).
Procedure na aanvaarding van de kandidatuur (uitgebreide uitleg volgt na officiële toelating)
Iedere kandidaat krijgt een informatiemail van coördinator van zodra de toelatingen officieel zijn bevestigd. Pas daarna kan men de inschrijvingsprocedure opstarten.
Officiële inschrijving gebeurt via de website van de Dunant Academie – het platform Levenslang Leren van de Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Universiteit Gent:
https://dunantacademie.ugent.be/
Inschrijvingsgeld
AJ 2025-2026: 2450 euro
Voor vragen met betrekking tot Vlaams opleidingsverlof (VOV) kan u terecht bij Layla.Dehenau@UGent.be of dunantacademie@UGent.be.
KMO-Portefeuille
De KMO-portefeuille is een maatregel waardoor KMO’s en beoefenaars van vrije beroepen financiële steun kunnen krijgen voor opleidingen en advies die de kwaliteit van de onderneming verbeteren. Voor initiatieven in het kader van levenslang leren gebruik je het UGent erkenningsnummer DV.O103194. Hoe aanvragen?
- Je schrijft je in voor een opleiding via de website van de academie voor levenslang leren. Na inschrijving ontvang je een e-mail met daarin jouw bestelbevestiging. Wat later zal je ook een e-mail ontvangen vanwege de UGent (betaalverzoek.dfin@ugent.be) met de factuur toegevoegd als bijlage.
- BELANGRIJK: Als je gebruik wil maken van de KMO-portefeuille, mag je deze factuur niet rechtstreeks betalen aan de UGent.
- Je doet online de subsidieaanvraag op kmo-portefeuille.be ten laatste 14 kalenderdagen na aanvang van de opleiding. Het erkenningsnummer van de UGent voor de opleidingen in het kader van levenslang leren is DV.O103194. (De O na DV. is een klinker en niet het cijfer nul, de tweede 0 is wel het cijfer nul)
- Na de aanvraag stort je jouw eigen aandeel van de cursusprijs naar de financiële partner van de overheid Sodexo.
- De Vlaamse Overheid stort het resterende percentage in jouw KMO-portefeuille.
- Vergeet als allerlaatste stap niet om via de website kmo-portefeuille.be opdracht tot betaling (doorstorting) te geven wanneer het totale bedrag (100%) in de KMO-portefeuille zit.
- BELANGRIJK: Bij deze stap vermeld je het nummer (factuurnummer: begint met 75 en bestaat uit 10 cijfers) van de factuur die je ontving van de UGent.
Opleidingscheques
Sinds maart 2015 kunnen ‘hooggeschoolden (bachelor, master)’ geen beroep meer doen op opleidingscheques.
De evaluatie van de Permanente Vorming gebeurt aan de hand van een aantal criteria: een paper die telkens op het einde van het jaar wordt ingediend en het bijwonen van de lesactiviteit.
De papers
In het eerste jaar kiezen de studenten een klinisch onderwerp waarover zij een theoretisch gefundeerde paper uitwerken tot 3000 woorden. In het tweede jaar kan de student kiezen om aan de paper uit het eerste jaar verder te werken, of om een nieuw onderwerp aan te snijden. Er wordt op het einde van dit jaar een eindproduct van ongeveer 7500 woorden verwacht.
In jaar drie kiezen de studenten een onderwerp waar zij de komende twee jaar rond zullen werken. Dit kan een theoretisch onderwerp of een casus zijn, de keuze is vrij. In het derde jaar leveren de studenten een eerste deel van om en bij de 3000 woorden in. In het vierde jaar werken zij hieraan verder en leveren zij een paper in van ongeveer 7500 woorden. De bedoeling is dat de paper op het einde van jaar vier een peer-review doorstaat. De paper wordt met andere woorden door twee beoordelaars gelezen en op zijn kwaliteit beoordeeld.
Het resultaat wordt aan de student meegedeeld in termen van een pass of een fail. Wie een fail krijgt, dient zijn paper voor de tweede zit te herwerken om door te kunnen gaan naar het volgende jaar, of af te studeren.
Aanwezigheden
Van de studenten wordt verwacht dat zij minstens 80 % van de onderwijsactiviteiten mee volgen. Dit impliceert naast de theoretische lessen ook een actieve deelname in de leesopdrachten en het klinische luik. De aanwezigheden van de studenten op de verschillende activiteiten wordt bijgehouden middels aanwezigheidslijsten. Studenten die afwezig zijn, dienen dit op voorhand te melden.
Deliberatie
Op het einde van elk opleidingsjaar volgt er een deliberatie, hetzij in juni, hetzij, in geval van een tweede zit, begin september. Tijdens de deliberatie wordt nagegaan of de student voldoet aan de slaagvoorwaarden.
Elke student krijgt via e-mail een korte feedback van zijn of haar individuele deliberatie.
Studenten die niet aan de slaagvoorwaarden voldoen kunnen niet instappen in het volgende opleidingsjaar. Zij kunnen ten vroegste het jaar daarop opnieuw deelnemen aan de opleiding, in hetzelfde jaar waarvoor ze niet geslaagd waren, mits betaling van het inschrijvingsgeld.